Zeven luchthappers om nooit te vergeten

Plymouth GTX (1970)
Een Amerikaanse muscle car is niet complete zonder fatsoenlijke hood scoop. Die geef je uiteraard een coole naam mee, zoals de ‘Air grabber’ van de Plymouth GTX en Road Runner. Al is ‘Ramcharger’, zoals het via een kabel te bedienen luchttoevoersysteem bij concerngenoot Dodge heette, misschien nog wel cooler.  
 

Subaru WRX STi (2004)
Subaru heeft met de Impreza een indrukwekkend cv opgebouwd van uitbundig bespoilerde rallywagens voor op straat. Om de intercooler van extra lucht te voorzien, heb je natuurlijk een fatsoenlijke uitbouw op de motorkap nodig. De tweede generatie Impreza van na de facelift had de grootste.   

Alfa Romeo Montreal (1970)
Dat het niet altijd hoog, breed of groot hoeft te zijn, bewijst de Montreal met zijn luchtopening in NACA-duct stijl. De vorm is afkomstig uit de luchtvaart en zien we ook (in meervoud) terug op bijvoorbeeld de Ferrari F40. Daar zijn ze functioneel, die van de Montreal is slechts onderdeel van het ontwerp van de motorkap.  

Pontiac Firebird Trans Am WS6 (2000)
Of de neus er fraaier van is geworden, laten we in het midden, maar Pontiac moest iets doen om al het geweld onder de gewelfde kap van deze opgefokte Firebird van extra lucht te voorzien. Vandaar de twee gaten in de snuit van deze Ram Air WS6, sinds eind jaren 70 de naam van het Pontiacs ‘performance package’. 
 

Lamborghini Countach LP400 (1974)
Bij het koelen van een achterin gemonteerde, potente V12 ontkom je niet aan het toevoegen van extra openingen in het bodywork of het plaatsen van extra onderdelen die deze functie op zich nemen. De Countach had het allebei: NACA-ducts aan de zijkanten en twee enorme luchthappers boven op de achterschermen.   

Porsche 911 GT2 (1993)
Porsche integreerde twee openingen in het design van de achtervleugel van de GT2 voor extra adem voor de dubbel geblazen 3,6-liter boxermotor. Bij de 911-generaties erna kwam de koeling voornamelijk naar binnen via gaten in de achterste wielkasten.   

Renault 5 Turbo (1980)
Homologatiespecials zoals de Peugeot 205 T16 en Renault 5 Turbo hebben de motor achter de voorstoelen liggen, waardoor koeling via de flanken (of het dak, zoals bij de Ford RS200) voor de hand ligt. Uitgeklopte wielkasten waren vaste prik, met een lekker stevige bilpartij als gevolg.    

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Generated by Feedzy